Interview
Plaats van het interview: Hamme, 23 november, 2015
Ik volg Jos zijn blog – Opa wanneer ga je nu dood – al geruime tijd met enige belangstelling en concludeerde dat het tijd was voor een gesprek. Ik telefoneerde Jos vorige week met de vraag of hij eventueel geïnteresseerd was in een interview voor ons maandblad ‘Ziek met perspectief’. Jos, is momenteel herstellende van de ziekte endeldarm kanker en nog in volle therapie.
Staf: Vanwaar je toch wat naar de keel grijpende titel van je blog ‘Opa wanneer ga je nu dood?’
Jos: een paar maanden terug in de tijd, tijdens een
bezoekje aan mijn dochter Christel en haar twee kinderen, Noor en
Rayan, vroeg mijn vier jarige kleinzoon Rayan ‘Opa wanneer ga je nu
dood?’ dus vandaar de blognaam.
Staf: zulke vraag, ook al is ze gesteld door een vierjarig kind, is toch wel even schrikken, vermoed ik.
Jos: Ja, dat was het zeker, het greep me destijds
toch even naar de keel! Wat ik toen nog niet besefte was dat Rayan me
toen de titel van mijn blog bezorgde. Hij vroeg me iets wat veel
volwassenen denken.
Staf: ik lees je blog ‘Opa wanneer ga je nu dood?’ met veel interesse, wat was je aanzet om met je blog te beginnen.
Jos: in eerste instantie ben ik eraan begonnen om
familie en vrienden op de hoogte te houden van het verloop van mijn
ziekte. Daar ik ook blogs lees van andere kanker patiënten bedacht ik
dat mijn blog ook iets kon betekenen voor andere kanker patiënten.
Staf: Je hebt al een groot gedeelte van je genezingstraject afgelegd, bent je nu ongeveer halverwege?
Jos: ik vermoed dat ik qua therapieën toch al over
de helft ben maar in tijd gezien heb je wel een punt. Mijn operatie,
achtentwintig dagen chemo en radiotherapie zijn reeds achter de rug. Ik
zit momenteel in mijn herstellingsfase alvorens te beginnen aan mijn
vier maanden chemotherapie. Dinsdag, morgen heb ik een afspraak met mijn
behandelende oncologe Dr. S. in het Sint Blasius. Dan wordt verder
besproken wanneer – mijn lange – chemotherapie van start zal gaan. Alles
zal natuurlijk afhangen of ik reeds voldoende hersteld ben van de
gecombineerde voorgaande therapie.
Staf: Hoe zwaar weegt de komende chemotherapie op je, ben je eerder positief of …
Jos: ik zie er toch wel tegenop en vooral gezien de
vele bijwerkingen die ik reeds had met mijn eerste kuur die vroegtijdig
werd afgebroken om mijn radiotherapie niet in het gedrang te brengen.
De bestralingen waren belangrijker dan de ondersteunende chemokuur die
stond voor een vijf procent bonus. Ook het misselijk zijn en alle andere
bijwerkingen schrikken me toch wel af. Ja, ik weet, er worden extra
medicijnen toegediend tegen misselijkheid en er zijn voor de vele andere
ongemakken wel hulpmiddeltjes maar toch.
Staf: iets anders, zijn virus en bacterie kwalen
zoals o.a. griep niet extra gevaarlijk wanneer je eenmaal bezig bent
aan je tweede chemotherapie?
Jos: ook de periode voor aanvang moet ik opletten
daar zelfs een doodgewone verkoudheid een uitstel of onderbreking van
mijn therapie kan betekenen. Dit is dan ook de reden dat Patricia, mijn
echtgenote en ik reeds ingeënt zijn tegen de griep, griep evenals andere
ziektes zijn beter te mijden voor patiënten zoals ik. Mijn
immuunsysteem zal het zwaar hebben om de schade aangericht door de
cytostatica te herstellen, het kan nefast zijn voor mijn behandeling
wanneer mijn witte bloedcellen in aantal verminderen. Ook de rode
bloedcellen mogen niet te fel in aantal verminderen daar zij zorgen voor
het zuurstoftransport in mijn bloed. De bloedplaatjes zorgen op er hun
beurt dan weer voor dat het bloed stolt en ook deze dienen op peil te
blijven. Nota van de redactie: Bij een tekort aan bloedplaatjes ontstaan
stollingsproblemen, die zich uiten in allerlei veelvuldig optredende
ziekteverschijnselen zoals onderhuidse bloedingen, neusbloedingen of
heftige menstruaties. Bloedplaatjes, ook wel trombocyten genoemd, worden
in je beenmerg gemaakt en bevinden zich in je bloed. Doorgaans blijven
deze plaatjes ongeveer acht tot tien dagen in je bloed aanwezig, waarna
ze door je milt worden verwijderd. Als je milt ze bijvoorbeeld eerder
afbreekt, kan er een tekort aan bloedplaatjes ontstaan. En dat is erg
vervelend, omdat er zich dan problemen met het stollen van je bloed
kunnen voordoen. Als je je bijvoorbeeld aan een kast stoot, kan het
wondje blijven bloeden, terwijl bij voldoende bloedplaatjes dit wondje
zou worden afgesloten door een klein bloedstolsel. Normaal gesproken heb
je zo’n 150 tot 450 miljard bloedplaatjes per liter in je lichaam. Meer
bloedplaatjes is over het algemeen geen probleem, maar minder wel.
Staf: voel je je gesteund door partner, familie en vrienden.
Jos: ik voel me zeker gesteund, zij het niet persé
door iedereen die ik ken, maar ja, ieder steunt op zijn manier. Er zijn
er waar ik weinig of niets van hoor, maar me dan toch blijken te volgen
via mijn blog. Zoals ik reeds aanhaalde, we zijn allemaal anders. Ik
vermoed ook dat niet iedereen even goed over kanker kan en wil praten.
Wij, Patricia en ik, hebben er op geen enkel moment problemen mee gehad
om over mijn ziekte te praten maar beseffen wel dat dit voor anderen
confronterend kan zijn. Praten met iemand die kanker heeft laat je
tenslotte ook nadenken over je eigen sterfelijkheid.
Staf: hoe voel je je momenteel?
Jos: dat is zeer wisselend, de laatste dagen ben ik
opnieuw zeer moe en slaap eerder slecht. Bij de minste inspanning ben
ik snel vermoeid. Mentaal gaat het wel vrij goed met mij maar de
gedachte aan mijn aankomende chemotherapie maken me toch ietwat nerveus.
Ook heb ik nog af en toe inwendige pijn aan het rectum vanwege de
bestraling, geen vergelijk met wat het eerst was maar toch nog aanwezig.
Staf: alles bij elkaar lijk je wel goed te herstellen van je voorbije
bestralingen
Jos: Ja, dat is ook zo, ik heb mijn laatste bestraling
gehad op twaalf november en dat is nu elf dagen geleden en zo bekeken
mag ik niet klagen qua recuperatie. Een volledige herstelling duurt
volgens Dr. S., oncologe toch een zes tot acht weken.
Staf: ik wens
je nog een gemakkelijk te verdragen chemotherapie en wens je een goed
herstel.
Staf: bedankt voor je interview!
Jos: Graag gedaan
Staf Van Branter
Journalist van het fictief maandblad: ‘Ziek met perspectief’
Verder lezen: Weinig Goesting
Reacties
Een reactie posten